Als je deze vraag stelt zal de reactie in veel gevallen zijn: ‘Jezus was een wijs en goed mens, een voorbeeld voor velen.’ Dat klinkt heel mooi, maar als men Jezus werkelijk een wijs en goed mens vindt waarom luisteren dan maar zo weinig mensen naar wat Hij zegt en doen wat Hij ons opdraagt?
Een mooi voorbeeld
De reden is vaak dat men Hem alleen maar als ‘goed en wijs mens’ ziet en meer niet. Net zoals men over Martin Luther King of moeder Theresa kan zeggen: ‘Tsjonge, dat waren bewonderenswaardige mensen; goed om te weten hoe zij leefden; misschien kun je er wat van leren’.
Maar denk eens door
Als Jezus een wijs man is, dan moet je ook bereid zijn om te geloven wat Hij zegt. En Hij zei: “De Vader en Ik zijn één” (Johannes 10:30) En Jezus zei dat Hij al bestond voordat Abraham bestond. (Johannes 8:58) Als Jezus niet daadwerkelijk gelijk was aan God en als Hij niet daadwerkelijk ouder dan Abraham was, kun je de rest van Zijn woorden dan nog serieus nemen? Kun je Hem dan nog ‘wijs’ noemen? Een wijs man spreekt de waarheid; een dwaas man redt zich met leugens.
Hij sprak de waarheid
Ja, de Heer Jezus is een wijs Man. En Hij sprak volkomen de waarheid. We lezen in Johannes 1:1-5 “In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is. In het Woord was leven en het leven was het licht der mensen; en het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen”.
Wie is dan ‘het Woord’?
Dat lezen we iets verderop in Johannes 1:14-17: “Het Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van de eniggeborene des Vaders, vol van genade en waarheid. Johannes (de Doper) heeft van Hem getuigd en heeft geroepen, zeggende: Deze was het, van wie ik zeide: Die na mij komt, is voor mij geweest, want Hij was eer dan ik. Immers uit zijn volheid hebben wij allen ontvangen zelfs genade op genade; want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn door Jezus Christus gekomen.”
‘Het Woord’ is Jezus Christus!
Joan Osborne zingt; ‘what if God was one of us?’. Een overbodig lied, want God wèrd reeds één van ons! God werd vlees, de mens Jezus Christus. Laten we nu de eerste verzen van Johannes 1 nog eens lezen en dan ‘het Woord’ voor de duidelijkheid vervangen door ‘de Heer Jezus’. “In den beginne was de Heer Jezus en de Heer Jezus was bij God en de Heer Jezus was God. Dit was in den beginne bij God. Alle dingen zijn door de Heer Jezus geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is. In de Heer Jezus was leven en het leven was het licht der mensen; en het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen”. Wij lezen hier dat de Heer Jezus er al was vóór de schepping en zelfs dat ‘alle dingen door de Heer Jezus zijn geworden’: Hij is de Schepper; Hij is God! Zijn licht scheen in de duisternis van deze wereld maar de wereld (Zijn volk) heeft Hem afgewezen.
God bevestigde Zijn Zoon als God
Het was God Zelf Die de Heer Jezus eer en heerlijkheid gaf: “Want wij zijn geen vernuftig gevonden verdichtsels nagevolgd, toen wij u de kracht en de komst van onze Here Jezus Christus hebben verkondigd, maar wij zijn ooggetuigen geweest van zijn majesteit. Want Hij heeft van God, de Vader, eer en heerlijkheid ontvangen, toen zulk een stem van de hoogwaardige heerlijkheid tot Hem kwam: Deze is mijn Zoon, mijn geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb”. 2 Petrus 1:16-17 Maar toch zegt de Here God in Jesaja 42:8 “Ik ben de Here, dat is mijn naam, en mijn eer zal Ik aan geen ander geven”. Is dit een tegenspraak? Nee! De Here God geeft geen eer aan een ander, maar alleen aan God. En aangezien de Heer Jezus God is, ontvangt Hij ook de eer van de Vader.
Jezus’ macht over de schepping
Ook aan het leven van de Heer Jezus kunnen we zien dat Hij God is: Hij sprak met gezag tot de wind en het water en zij gehoorzaamden. De discipelen vroegen zichzelf af: “Wie is toch deze, dat Hij ook aan de winden en aan het water bevelen geeft en zij Hem gehoorzaam zijn?” Lucas 8:25b Hij vermenigvuldigde brood en vis en veranderde water in wijn. Hij genas zieken en wekte overledenen op uit de dood. God heeft macht over Zijn schepping! Psalm 33:6 “Door het woord des Heren zijn de hemelen gemaakt, door de adem van zijn mond al hun heer.” Vers 9: “Want Hij sprak en het was er, Hij gebood en het stond er.” Wie is toch deze man?
Het Woord spreekt de woorden van God
Als we geloven dat Jezus Christus God is doordat we dat aan Zijn daden zien, moeten we ook Zijn woorden zien als de woorden van God. Het is onmogelijk dat God zou liegen, (Hebreën 6:18) dus kunnen wij onszelf aan Hem toevertrouwen; niet aan zomaar een mens, maar aan God in het vlees, aan Jezus Christus! De Schriftgeleerden spraken de waarheid toen ze zeiden “Wie kan zonden vergeven, dan God alleen?” Lucas 5:21 De Schriftgeleerden waren verduisterd in hun verstand, want voor hun ogen stond de Eeuwige in mensengedaante en zij herkenden Hem niet. Juist omdat de Heer Jezus God is, kan Hij onze zonden vergeven. Aan het kruis boven de Heer Jezus was een bord bevestigd met de aanklacht, opgesteld door de Romeinen. Er stond in het Hebreeuws: ‘Yeshua Hanozri Vemelech Hajehudim’. De hoofdletters vormen de Naam YWHW; de gekruisigde mens was God Zelf! (een boodschap in een boodschap)
Eerbied
Ooit hoorde ik iemand bidden tot ‘ons lieve Heertje’. Hoewel goed bedoeld, had de bidder blijkbaar geen idee van de grootheid en de macht van de Heer Jezus. Die zei, toen satan Hem wilde verzoeken tegen hem: “Er staat geschreven: Gij zult de Here uw God, aanbidden en Hem alleen dienen.” Als we dit serieus nemen is het dus belangrijk om te weten dat de Heer Jezus God is, zodat wij Hem mogen aanbidden. Zou de Heer Jezus niet God zijn dan zou Hem aanbidden immers zonde zijn..?
“Jezus zeide tot hem: Ik ben de weg en de waarheid en het leven;
niemand komt tot de Vader dan door Mij.
Indien gij Mij kende, zoudt gij ook mijn Vader gekend hebben.
Van nu aan kent gij Hem en hebt gij Hem gezien.”
Johannes 14:6-7
Getuigenis van Billy Graham
Billy Graham kreeg eens de vraag waarom men zou moeten geloven in een God. Zijn antwoord was: “Er zijn veel redenen waarom je zou moeten geloven in God. Maar pak eens een Bijbel en lees over Jezus Christus. Want als je begrijpt wie Jezus is, zul je je niet meer afvragen of God bestaat. In de Bijbel kun je lezen dat Jezus niet zomaar een geweldig mens was; Hij was -mens zijnde- God Zelf! Wanneer je dus naar Jezus kijkt, kijk je naar God. Lees de Evangeliën eens en bestudeer het leven van Jezus en sta open voor wat je leest. Je zult dan niet alleen ontdekken dat God echt bestaat, maar ook dat Hij van je houdt en jouw leven wil veranderen. In Jezus Christus is onze hoop. Hoop voor het leven van nu en hoop voorbij het sterven.”
Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping;
het oude is voorbijgegaan, zie, het nieuwe is gekomen.
En dit alles is uit God, die door Christus ons met Zich verzoend heeft
en ons de bediening der verzoening gegeven heeft,
welke immers hierin bestaat, dat God in Christus
de wereld met Zichzelf verzoenende was, door hun
hun overtredingen niet toe te rekenen, en dat Hij
ons het woord der verzoening heeft toevertrouwd.
Wij zijn dus gezanten van Christus, alsof God door
onze mond u vermaande; in naam van Christus
vragen wij u: laat u met God verzoenen.
2 Korintiërs 5:17-20