Gooi een parel nooit in het vuur!

parel in het vuur

“Evenzo is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een koopman, die schone parelen zocht. Toen hij een kostbare parel gevonden had, ging hij heen en verkocht al wat hij had, en kocht die.” Matteüs 13 vers 45-46.

Bijbelse Juwelen

de Hof van Eden

De eerste vermelding van juwelen in Gods Woord staat in Genesis 2 vers 12 waar de Hof van Eden wordt geprezen met “… het goud van dat land is goed; daar is de balsemhars en de steen chrysopraas. “ Er zijn 60 referenties in de Bijbel van 20 verschillende juwelen. Alle in de Bijbel genoemde juwelen worden gebruikt om iets anders te symboliseren.

De 12 stammen

Zo symboliseerde elk van de in de borstplaat van de joodse hogepriester gezette juwelen een van de twaalf stammen van Israël. Exodus 28 vers 21.

de Here God

Een beschrijving van de Here God en de troon van God vinden we in Openbaring 3 vers 3: “En die erop gezeten was, was van aanzien de diamant en sardius gelijk; en een regenboog was rondom de troon, van aanzien de smaragd gelijk.” Ook de beschrijving van de Heer Jezus in Hooglied 5 vers 10-15 gebruikt edelmetaal en edelstenen als voorbeelden: “Zijn armen zijn gouden rollen, bezet met Tarsisstenen, zijn lichaam is een kunstwerk van ivoor, bedekt met lazuursteen. Zijn benen zijn witmarmeren zuilen, rustend op voetstukken van gelouterd goud”

Wijsheid

Wijsheid wordt gezegd kostbaarder dan robijnen te zijn in Spreuken 3 vers 13-15 en 8 vers 11. De”verstandige lippen” worden gewaardeerd boven goud en robijnen in Spreuken 20 vers 15. En in Spreuken 31 vers 10 lezen we dat een deugdzame vrouw wordt gewaardeerd ‘koralen ver te boven’.

Bloed

De jaspis wordt wel de ‘bloedsteen’ genoemd in woordenboeken, encyclopedieën en juweliershandleidingen. De beste kwaliteit Jaspis is van een mooi bloedrood. Het bloed is precies wat de jaspis symboliseert, het kostbare bloed van de Here Jezus Christus. In Openbaring 21 vers 18 lezen we dat de muur rond het Nieuwe Jeruzalem is gemaakt van jaspis. En in Openbaring 21 vers 19 dat de eerste laag van het fundament van de stad eveneens is gemaakt van jaspis.

De muren van het nieuwe Jeruzalem

De fundamenten van de stadsmuur zijn vervaardigd van alle soorten edelgesteente: de eerste van jaspis, de tweede van saffier, de derde van chalcedon, de vierde van smaragd, de vijfde van onyx, de zesde van carneool, de zevende van chrysoliet, de achtste van beryl, de negende van topaas, de tiende van chrysopraas, de elfde van hyacint, en de twaalfde van amethist. In Openbaring 21 vers 11 lezen we dat het licht dat uitgaat van de stad is als Jaspis en dat is dus bloedrood. Met andere woorden, wat symbolisch is voor het bloed van Christus vormt het fundament van de stad, omringt de stad en straalt boven de stad. Iedereen die nieuwe Jeruzalem binnenkomt zal er voor eeuwig aan worden herinnerd dat zij dit alleen kunnen door het kostbare bloed van Christus.

Nog een juweel

Al deze feiten over juwelen zijn interessant, en verdienen meer zorgvuldige Bijbelstudie. Zie hiervoor onder andere Het nieuwe Jeruzalem (deel 3) en Come up here! (deel 2) Maar in deze studie wil ik erop wijzen dat alle juwelen die tot dusverre zijn genoemd stenen zijn die worden gegraven vanuit de aarde. Dergelijke juwelen werden gevormd door hitte en druk en chemische reacties die plaatsvinden in de ingewanden van de aarde. Er is echter nog een juweel in Gods Woord die ik nog niet heb genoemd.

de Parel

Een parel is geen steen, rots, of mineraal. Een parel niet afkomstig is uit de ingewanden van de aarde, zoals andere juwelen. Toch wordt een parel beschouwd als een juweel. De oorsprong van een parel begint in het lichaam van een oester. Een oester is slechts een nederig zeedier. De zee symboliseert in de Bijbel ‘volkeren’ en ‘natiën’. Openbaring 17 vers 15, Jesaja 17 vers 12-13 en Jesaja 57 vers 20.

parel

Binnen- en buitenkant van de schelp

De buitenkant van de schelp van een oester is vaak ruw, donker, en lelijk. Er is niets aan die buitenkant wat het aantrekkelijk maakt. Vergelijk dit feit met Jesaja 53 vers 2, waar de menselijke verschijning van de Heer wordt besproken: “hij had gestalte noch luister, dat wij hem zouden hebben aangezien, noch gedaante, dat wij hem zouden hebben begeerd.” Maar de binnenkant van de schelp van een oester is een andere zaak. Die is mooi wit ivoor zonder smet in. Wanneer die binnenzijde tegen het licht wordt gehouden en langzaam gedraaid, zullen alle kleuren van de regenboog worden weerspiegeld in de schelp. Psalm 45 vers 9 spreekt van de zoete geur van de”kleding”van de Heer (geurend naar mirre, aloë en kaneel)

Nederig

Zoals een oester een van de geringste van de zeedieren is die wonen op de bodem van de zee, zo kwam de Heer Jezus Christus in deze ‘zee van de mensheid’ en Hij leefde onder de armen van deze wereld als de nederige Zoon des mensen. Hij werd niet geboren in een paleis van de adel, maar in een stal met nederige dieren. Hij groeide op in het huis van een nederige timmerman, en had als Zijn metgezellen arme mannen en vrouwen tot de dag dat Hij werd gekruisigd. Hij heeft nooit gevraagd om prestige, of rijkdom of een hoge politieke positie, maar alleen maar om de wil van Zijn Vader in de hemel te mogen doen. En Hij leefde een puur, heilig, zondeloos leven; een leven zonder vlek of rimpel.

Het vormen van een parel

Net zoals bij het ontstaan van een mensenkind, wat begint als een zaadje wat is geplant in de baarmoeder van een vrouw, zo begint het proces van het vormen van een parel als een klein stipje van vreemde stoffen (een zandkorrel, een klein steentje, een stofje) wat vast komt te zitten in de schelp van een oester. Die kleine korrel veroorzaakt irritatie en pijn aan het lichaam van de oester. De oester, die geen handen heeft, kan de oorzaak van de pijn niet verwijderen. Dus wat is het enige wat de oester kan doen om de pijn in zijn lichaam te verlichten? De oester omwikkelt de bron van de pijn met levend weefsel van zijn eigen lichaam. Dat helpt tijdelijk om de pijn te verlichten, maar is niet genoeg om die helemaal weg te halen. Dus de oester wikkelt meer en meer levend weefsel rond dat vreemde en pijnlijke voorwerp. Naarmate de tijd verstrijkt en de irritatie aanhoudt, wordt laag na laag van levend weefsel gewikkeld rond de bron van de pijn. De parel die dan wordt gevormd is dus een deel van het lichaam van de oester. Na verloop van tijd verhardt het levende weefsel rondom het object zoals wij eelt ontwikkelen. Een parel wordt gevormd door de oester zelf als hij worstelt om de pijn in zijn zij te verlichten.

Stof zijt gij

In het boek Genesis wordt ons verteld over de schepping van de mensheid. In Genesis lezen we dat de Here God stof uit de aardbodem nam en er de mens van vormde en in zijn neusgaten de adem des levens blies, en de mens werd een levende ziel. De mens is gemaakt van de stof. In Genesis 3 vers 19 zegt de Heer, in het spreken over Adam ”…..want gij zijt stof, en tot stof zult gij wederkeren.”

Psalm 103 vers 13-18

“gelijk zich een vader ontfermt over zijn kinderen, ontfermt Zich de HERE over wie Hem vrezen. Want Hij weet, wat maaksel wij zijn, gedachtig, dat wij stof zijn. De sterveling – zijn dagen zijn als het gras, als een bloem des velds, zo bloeit hij; wanneer de wind daarover is gegaan, is zij niet meer, en haar plaats kent haar niet meer. Maar de goedertierenheid des HEREN is van eeuwigheid tot eeuwigheid over wie Hem vrezen, en zijn gerechtigheid over kindskinderen, over hen die zijn verbond onderhouden, en aan zijn bevelen denken om die te doen.”

Het hart van God

Deze passage vertelt ons dat de mens op aarde slechts stof is en dat als de winden waaien over de velden de mens weer terug gaat in het stof waar hij vandaan kwam. Maar het vertelt ons ook dat de God van de hemel vervuld is met medelijden voor degenen die Hem vrezen, en dat Zijn genade isover degenen, die Hem vrezen…

De bron van de Pijn

Net zoals een stofkorrel zich nestelt in de zij van een oester, is de gevallen mens neergelegd in het hart van de Schepper. Toen Adam zondigde pijnigde dit het hart van God. De Schrift zegt: “Hierin is de liefde, niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon gezonden heeft als een verzoening voor onze zonden.” 1 Johannes 4 vers 10. Het is niet de gevallen mens zelf die op zoek gaat naar God. Integendeel, het is God die zich uitstrekt tot de gevallen mens en de mensheid zich ervan bewust maakt dat de weg der verlossing is verstrekt door God Zelf. Prijs de Heer!

Pijn

Net als een oester die pijn lijdt, zegt de Schriftvan de Heer Jezus Christus: ”Toen Hij de scharen zag, werd Hij met ontferming over hen bewogen, daar zij voortgejaagd en afgemat waren, als schapen die geen herder hebben.” Matteüs 9 vers 36. In Mattheüs 11:28 zegt de Heer dan: ”Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven” Het is duidelijk dat de verloren toestand van de gevallen mens een bron van pijn was voor de Heer Jezus.

Oplossing van de pijn

Net als een oester die de bron van de pijn met zijn eigen levend weefsel omwikkeld, zo bedekt de Heer Jezus Christus de zonden van allen die tot Hem komen met Zijn eigen lichaam. En net als een parel groeit in het lichaam van een oester, zo bouwt de Heer zijn kerk uit die levende zielen die tot Hem gekomen zijn, en zij zijn een deel van het lichaam van Christus.

Het ontstaan van de kerk

In Matteüs 16 vers 13-20 spreekt de Heer tot Zijn discipelen. In vers 18 zegt Hij ”En Ik zeg u, dat gij Petrus (Petros… een kiezelsteen) zijt, en op deze petra (petra… een groot en sterk rotsblok) zal Ik mijn gemeente bouwen.” Met de kleine groep gelovigen die tot Hem gekomen was, begon de Heere Zijn kerk te bouwen. Hij bouwde niet op Zijn discipelen, maar eerder op Zichzelf; de Rots. 1 Korintiërs 10 vers 4 zegt dat de steenrots Christus Zelf is. In Efeziërs 3 vers 19-21 zie we daarvan de bevestiging: ”Zo zijt gij dan geen vreemdelingen en bijwoners meer, maar medeburgers der heiligen en huisgenoten Gods, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is. In Hem wast elk bouwwerk, goed ineensluitend, op tot een tempel, heilig in de Here” Net als een oester die laag na laag van zijn eigen levende weefsel wikkelt rond het stof tot het een parel is, een deel van zijn eigen lichaam, zo bouwt de Heer Zijn kerk, bestaande uit levende zielen, als een deel van zijn eigen lichaam.

Net zoals een oester moet sterven als de parel wordt geoogst
moest onze Heiland sterven om Zijn kerk voort te brengen.

Kweekparels

Er zijn ook gekweekte parels. Gekweekte parels zijn parels waarvan de mens zich heeft bemoeid met het ontstaansproces, en hoewel dit proces mooie parels opbrengt (kerkelijke organisaties met hoge morele normen) is het nog steeds een proces wat is geknoeid door de gevallen mens. Het spreekt van religieuze systemen die de mensen religie geven maar hen de weg tot God ontzeggen. Maar Christus neemt geen genoegen met een van deze vervalsingen. Hij is op zoek naar het echte werk.

Het vuur van de eindtijd

Israël is het volk wat geworpen wordt in ‘het vuur’ van de grote verdrukking. Het ‘schuim’ zal worden verbrand van hen, en zij zullen te voorschijn komen als zuivere mensen, de Here heilig.

Ezechiël 22 vers 18-20 ”Daarom, zo zegt de Here HERE: Omdat gij allen tot schuim geworden zijt, daarom, zie, zal Ik u bijeenbrengen in Jeruzalem. Zoals zilver, koper, ijzer, lood en tin in de smeltoven bijeengebracht wordt en daaronder het vuur wordt aangeblazen, om het te smelten, zo zal Ik u bijeenbrengen in mijn toorn en in mijn grimmigheid, en Ik zal u erin werpen en smelten.”

Maleachi 3 vers 2-3 ”Doch wie kan de dag van zijn komst verdragen, en wie zal bestaan, als Hij verschijnt? Want Hij zal zijn als het vuur van de smelter en als het loog van de blekers. Hij zal zitten, het zilver smeltend en reinigend. Hij zal de zonen van Levi reinigen, Hij zal hen louteren als goud en als zilver, opdat zij de HERE in gerechtigheid offer brengen.”

Zacharia 13 vers 9 ”Dat derde deel zal Ik in het vuur brengen, en Ik zal hen smelten, zoals men zilver smelt, ja hen louteren, zoals men goud loutert. Zij zullen mijn naam aanroepen en Ik zal hen verhoren. Ik zeg: Dat is mijn volk; en zij zullen zeggen: De HERE is mijn God.”

Niet door vuur, maar door het waterbad

Maar wat waar is van Israël is niet waar voor de kerk van de Heer. Er zijn tegenwoordig kinderen Gods die geobsedeerd lijken te zijn van het idee dat de Gemeente zal gaan door tenminste een deel van de grote verdrukking om te worden gezuiverd zodat zij waardig kunnen worden bevonden bij de opname van de Gemeente. Maar de Gemeente is of wordt niet gezuiverd door het vuur, maar wordt geheiligd door ”…haar reinigende door het waterbad met het woord, en zo zelf de gemeente voor Zich te plaatsen, stralend, zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, zó dat zij heilig is en onbesmet.” Efeziërs 5 vers 25-27.

Gooi geen parel in het vuur!

De Gemeente wordt gesymboliseerd door de ”parel van grote waarde.” En een parel bestaat uit organisch materiaal. Het is de meest unieke van alle juwelen, want het is gemaakt van het levende weefsel van de oester. Een parel die in het vuur wordt geworpen zou onmiddellijk worden verbrand.

Je kunt een parel niet schoonbranden!

En daarom…..

De Gemeente van de Heer Jezus Christus
wordt niet geworpen
in het vuur van de grote verdrukking!


Belofte van de Heer aan Zijn Kerk

“Omdat gij het bevel bewaard hebt om Mij te blijven verwachten, zal ook Ik u bewaren voor de ure der verzoeking, die over de gehele wereld komen zal, om te verzoeken hen, die op de aarde wonen.”

Openbaring 3 vers 10