2 Tim 4:7 heeft het over ‘de goede strijd’ en ja, het leven van een kind van God kan een strijd zijn. In dit stukje probeer ik je wat raadgevingen te geven hoe je sommige moeilijkheden het hoofd kunt bieden.
De Here God begrijpt je als je alleen nog maar kunt huilen Zelfs als je niet meer bij machte bent om iets uit te leggen, je hemelse Vader begrijpt je God heeft jouw tranen gezien! Al zou geen mens je meer begrijpen |
Beschadigd door het leven
Soms ben je, ook als Christen, moe van het strijden, moe van het worstelen met jezelf, moe van het je best doen… doodmoe. Als kind van God weet je dan, bij Wie je terecht kunt; De Here Jezus heeft immers gezegd: Kom tot mij, ieder die vermoeid en belast is en Ik zal je rust geven!
Dit is absoluut waar en daar wil ik niets van af doen. Toch kunnen er dingen in je verleden zijn gebeurd, die je gekwetst en beschadigd hebben. Je hebt het ‘die ander’ van harte vergeven, want dat vraagt de Here God ook van je. Maar die kwetsure is nog niet genezen en jij moet verder, beschadigd en wel. Nu kunnen we heel vroom verwijzen naar ‘de Hemelse Geneesheer’, maar de Here God heeft ons ook verstand en een eigen verantwoordelijkheid gegeven. Datgene, wat we zelf kunnen doen om die genezing te bevorderen, moeten we ook zelf doen.
Vaak denken mensen: “Wat voor zin zou het hebben om de modderpoel uit mijn verleden om te roeren? Het zou er beslist niet duidelijker van worden en ik zou er maar weer meer verdriet van krijgen…. laat het verleden nou maar rusten; vertel me maar hoe ik moet overleven in het hier en nu’. Maar: in sommige gevallen is de opgelopen verwonding zó groot, dat het niet uit zichzelf helen zal en dat ‘het verleden laten rusten’ niet werkt. En dus zit je in het hier-en-nu gevangen in je verleden; je kunt niet anders.
Een test:
vertel eens in gedachten aan jezelf over je leven en sla niets over. De stukken die je liever niet vertelt (waar je liever niet aan terugdenkt) en de stukken waarbij je gaat huilen of een brok in je keel krijgt: die moet je hebben. Het is eigenlijk simpel. Je moet namelijk alles wat er gebeurt in je leven, verwerken. (‘een plaatsje geven’ zeggen ze tegenwoordig, maar dat is veel te simpel gesteld) Om verder te kunnen op een gezonde manier, moet je alles wat gebeurd is:
- eruit gooien,
- er om huilen of desnoods rouwen,
- verwerken (zie hierna volgend)
- en DAN krijgt het een plaatsje in je geheugen als ‘iets naars uit het verleden, wat je echter nu verwerkt hebt en waar je aan kunt terugdenken zonder in tranen uit te barsten’.
Verwerken door schrijven
Een methode om te verwerken is deze: Schrijf brieven aan de mensen die je hebben bezeerd. (die brieven hoef je niet te versturen; mag wel, hoeft niet) Leg in die brieven uit wat er gebeurd is –vanuit jouw eigen gezichtspunt gezien- en hoe je dat pijn heeft gedaan. Hoe je daardoor moeite hebt met je leven. Misschien heb je er moeite mee om zulke dingen aan het papier toe te vertrouwen; misschien spreekt er een stemmetje in je wat zegt: ‘je mag geen kwaad over anderen spreken’. Bedenk dan wat kwaadspreken is: het is iets slechts over iemand zeggen, terwijl die persoon dat niet heeft gedaan of als je het ‘slechte’ wat aandikt. Maar als je de waarheid vertelt, spreek je nooit slecht over iemand. Als de waarheid slecht is, heeft die persoon slechte dingen gedaan. Draai het niet om!
Wat heeft dat nou voor zin…
Weet je wat het wonderlijke is: als je zo’n brief hebt geschreven dan zul je merken dat je een stuk ruimte krijgt, een stuk rust in je hart. Hoe komt dat: als je iets is aangedaan wat zó heftig is dat je daardoor gewond bent geraakt, dan onthoud je onwillekeurig alle bijzonderheden daarvan. Zelfs als je zo’n gebeurtenis wegdrukt en zelfs als je meent dat je het niet meer weet! In je onderbewustzijn is het nog wel degelijk aanwezig! Door het op te schrijven krijgt je onderbewuste een seintje: het ligt nu vast; je hoeft het niet meer zo krampachtig vast te houden!
Verwerken door herbeleven
Ga in je gedachten eens terug naar die pijnlijke momenten. (De eerste keren zul je misschien alleen maar huilen en je rot voelen) Maar als je doorzet kom je steeds verder, langzaam aan alles terughalend. Je zult merken dat je anders tegen de dingen aan gaat kijken dan je destijds gedaan hebt, vooral als die pijnlijke gebeurtenissen vroeg in je leven plaatsvonden. Je hebt immers meer levenservaring dan toen en je kunt het nu van een afstand bekijken. Het kan zelfs gebeuren dat je ‘jezelf gaat steunen’, dat je verontwaardigd wordt over wat er destijds gebeurde.
Waarom is dat goed?
Omdat je reactie van ‘destijds’ misschien een machteloze reactie was, een reactie van iemand die geen verweer had. En dat betekent dat je, als je in een soortgelijke situatie komt, automatisch weer nèt zo zult gaan reageren. Als je de dingen lijdzaam onderging en daarmee de schaamte, pijn en verdriet, zul je hetzelfde voelen in een soortgelijke situatie. Zo werkt ons brein nu eenmaal. We moeten dus een ‘nieuwe reactie inprogrammeren’. En dat doen we door de nare dingen te herbeleven en achteraf meer doordacht en volwassen te reageren. Uiteindelijk (als je je hier in oefent) zal die reactie dan ‘je natuurlijke reactie’ worden, jouw angst-reactie verandert door deze therapie langzaam in de beter beredeneerde volwassen reactie van jou zoals je nu redeneert. Het zal je veel moeite kosten, maar de uitkomst is de moeite waard.
Dit is lastig, dus ik geef een voorbeeld.
een kind wat vaak geslagen wordt, zal bang zijn en proberen diegene die slaat te ontwijken, of diegene juist een plezier te doen in de hoop dat ‘het’ ophoudt. Als dat kind een volwassene is neemt het die reactie mee! Als je dan als volwassene op de hak genomen wordt door collega’s voelt dat gelijk aan de klappen van vroeger en dus: je probeert te ontwijken en je bent bang of je gaat juist extra goed je best doen om ‘bij de groep te horen’. Door de dingen van vroeger te blijven herleven tot je er mee om hebt leren gaan, leer je ook een nieuwe automatische reactie aan, die je in dit leven zo hard nodig hebt: zelfbewustzijn.
God ziet jou en Hij heeft jou hartstochtelijk lief! De Heer Jezus houdt zoveel van jou, dat Hij niet ‘alleen’ Zijn leven voor je zou willen geven: Hij deed het al! Je bent (ook al zie je dat nu misschien niet) een parel in Gods hand! En als jij, als kind van God, door een moeilijke periode in je leven heen komt zul jij op jouw beurt gebruikt worden om anderen vanuit jouw ervaring te mogen helpen.
Buiten de kerk
Veel christenen vandaag de dag staan alleen, dat wil zeggen: zijn niet meer (actief) verbonden aan een kerk, een gemeente. Soms teleurgesteld, soms uitgedoofd in het kerkbezoek. Juist op weblogs op internet lees je nog wel eens dat een kind van God zegt: ‘mij zien ze daar niet meer!’ Als dat ook voor jou geldt, bedenk dan, dat de Heer Jezus zijn gemeente niet voor niets heeft gegeven; je hebt kinderen van God, broeders en zusters in de Heer Jezus om jou heen nodig! Broers en zusters in de Heer Jezus kunnen samen met jou bidden, je daadwerkelijke hulp geven en je opnemen in het gezin van God wat bij jou in de buurt er vast ook is.
Matteus 11:28-30
zie ook: Jezelf haten of van jezelf houden