Voorjaar

“Leer van de vijgenboom deze les: zo gauw zijn takken uitlopen en in blad schieten, weet je dat de zomer in aantocht is. Zo moeten jullie ook weten, wanneer je dat alles ziet, dat het einde nabij is. Ik verzeker jullie: deze generatie zal zeker nog niet verdwenen zijn wanneer al die dingen gebeuren.  Hemel en aarde zullen verdwijnen, maar mijn woorden zullen nooit verdwijnen.”

Matteüs 24: 32-35

Uitleg … voor het Joodse volk
De rede op de Olijfberg werd door de Heer uitgesproken in antwoord op de vragen van vier van Zijn discipelen. Markus 13: 3. Zij hadden Hem vragen gesteld over zaken die van groot belang waren voor het Joodse volk. Wat de Heer hier antwoordt geldt voor de Joden en over zaken die de Joden aangaat. Dit betekent niet dat wij, als niet-Joodse gelovigen, de Olijfbergrede niet behoeven te bestuderen, want Gods hele Woord werd gegeven ter verduidelijking en instructie voor de gehele mensheid.  Wel moeten we bij het lezen telkens in de gaten houden aan wie een bepaald gedeelte gericht is, zodat we geen dwaalweg gaan bewandelen.

De geestelijke onderscheiding van het Joodse volk
“Hij kwam naar wat van hem was, maar wie van hem waren hebben hem niet ontvangen.”  Johannes 1: 11 Het Woord van God zegt duidelijk en expliciet dat het Joodse volk deels verblind is, omdat ze Hem, die “het licht van de wereld” is,  verworpen hebben en laten kruisigen. “Want ik wil niet, broeders, dat u deze verborgenheid onbekend zij (opdat gij niet wijs zijt, bij uzelven), dat de verharding voor een deel over Israel gekomen is, totdat de volheid der heidenen zal ingegaan zijn.” Romeinen 11: 25

“…niet zoals Mozes, die een bedeksel voor zijn aangezicht hing, opdat de kinderen Israëls niet zouden zien het einde van hetgeen ophoudt. Maar hunne zinnen zijn verstokt geworden; want tot op den dag van heden blijft dat bedeksel onontdekt op het oude verbond, als zij het lezen, hetwelk in Christus ophoudt. Maar tot op den dag van heden, als Mozes gelezen wordt, hangt het bedeksel voor hun hart; maar als het zich bekeerd zal hebben tot den Heer, zal het bedeksel afgenomen worden.”
2 Korintiërs 3: 13-16.

Zij weten niet op welke dag de Heere komt…
Kan nog duidelijker gesteld worden dat om deze reden de Heer Jezus zei tot de Joden tot wie Hij sprak: “Waakt dan; want gij weet niet, in welke ure uw Heere komen zal.” Matteüs 24:42 Toch zijn er vele Christenen die menen dat op grond van wat de Heer Jezus hier zegt dat wij niet kunnen weten wanneer Hij zal terugkomen. Maar het is het Joodse volk wat niet zien kan; want tot de gelovigen in de Heer Jezus wordt immers gezegd: “Maar u, broeders en zusters, u leeft niet in de duisternis, zodat de dag van de Heer u zou kunnen overvallen als een dief” 1 Tess. 5:4 En het wordt nog vreemder als mensen de ‘Waakt dan, want gij weet niet…’ tekst toepassen op de opname van de Gemeente. Want daar gaat het niet over; het gaat over het moment waarop het volk Israël haar Verlosser zal terugzien. Als zij Hem zien komen en zij zich bekeren en Hem aannemen.

Wij kunnen het weten
Paulus maakte heel duidelijk dat de Kerk van de Heer Jezus Christus geestelijke onderscheiding heeft om de komende Dag des Heren te onderkennen en ook de grote verdrukking  de mensheid nu reeds in de ogen staart. Maar voordat de Dag des Heren aanbreekt zal de Heer Zelf Zijn Gemeente van deze aarde weghalen door de opstanding van hen, die in Christus ontslapen zijn en de opname van de dan levende gelovigen. “Maar een iegelijk in zijn orde: de eersteling Christus, daarna die van Christus zijn, in Zijn toekomst.”  1 Korintiërs 15:23.

Niet in de duisternis
De Gemeente van de Heer Jezus Christus heeft geestelijk onderscheidingsvermogen door de inwoning van de Heilige Geest en heeft daarom geen excuus om onwetend te zijn. Eerder lazen we de verzen 1 Tessalonicenzen 5: 4-6. Maar laten we het hele deel lezen (in de Statenvertaling) : “Maar van de tijden en de gelegenheden, broeders! hebt gij niet van node, dat men u schrijve. Want gij weet zelven zeer wel, dat de dag des Heeren alzo zal komen, gelijk een dief in den nacht. Want wanneer zij zullen zeggen: Het is vrede, en zonder gevaar; dan zal een haastig verderf hun overkomen, gelijk de barensnood een bevruchte [vrouw]; en zij zullen het geenszins ontvlieden; Maar gij, broeders, gij zijt niet in duisternis, dat u die dag als een dief zou bevangen. Gij zijt allen kinderen des lichts, en kinderen des daags; wij zijn niet des nachts, noch der duisternis.” Paulus spreekt hier tot de Gemeente (‘broeders’, ‘gij’) en zegt dat de Gemeente zal weten ‘hoe laat het is’, omdat wij al weten van ‘tijden en gelegenheden.

Een vredesverdrag
Maar dan spreekt hij over een andere groep mensen: ‘wanneer zij zeggen’, ‘overvalt hen een haastig verderf’.  Dit verhaalt over een moment dat de leiders op aarde zoeken naar vrede en rust, omdat een allesvernietigende wereldoorlog in het Midden-Oosten dreigt. Deze leiders zullen spreken over ‘vrede en rust’ maar juist dan komt er een plotseling verderf, wat zij niet aan zagen komen. Gebeurt zoiets nu dan? Jazeker.

Plannen van de boze

Het Vaticaan komt eind deze maand (april 2015) met een plan voor een VN wereldregering. De paus gaat in september hierover de Verenigde Naties toespreken. De president van de Verenigde Staten heeft de afgelopen jaren Israël meerdere malen ervan weerhouden om in Iran de in aanbouw zijnde kernwapens te vernietigen. Amerika dreigde daarbij zelfs Israëlische toestellen neer te schieten. En onder bescherming van Barack Hoessein Obama (een moslim!) kon Iran rustig verder gaan met het verrijken van uranium (totaal onnodig voor vreedzame doeleinden) en het vervaardigen van steeds verder reikende raketten die kernkoppen kunnen dragen.  En daarbij spreekt Obama van ‘overwinning van het verstand’ omdat door zijn ‘overeenkomst’ het gevaar van een met kernwapens bewapend Iran ‘voorkomen’ is. De wereld wordt verondersteld om deze aardsvijanden van Israël te vertrouwen. (De ayatollah en leiders van Iran hebben zowel publiekelijk als privé meedere malen gezworen om het volk Israël te vernietigen) De leugen regeert. Amerika en Europa spreken van vrede en geen gevaar, terwijl Israël steeds meer alleen komt te staan en het steeds duidelijker wordt dat zij inderdaad onverhoeds zullen worden aangevallen.

Obama de nieuwe Nevill Chamberlain

Een signaal
Althans: voor ons wordt dat steeds duidelijker. Wij zien hoe de boze zijn rijk voorbereidt. Als wij dus de wereldleiders ‘vrede en geen gevaar’ horen roepen is dat voor ons het signaal om af te tellen. Dan komt het moment waarop de Nieuwe Verbond gelovigen worden weggerukt van het dreigende gevaar. Want dat is immers wat de Heer Jezus Zijn Gemeente belooft heeft: “Omdat gij het bevel bewaard hebt om Mij te blijven verwachten, zal ook Ik u bewaren voor de ure der verzoeking, die over de gehele wereld komen zal, om te verzoeken hen, die op de aarde wonen.” Openbaring 3:10

De wegrukking
“Daarna wij, die levend overgebleven zijn, zullen te zamen met hen opgenomen worden in de wolken, den Heere tegemoet, in de lucht; en alzo zullen wij altijd met den Heere wezen”. 1 Tessalonicenzen 4:17 Het woord wat hier vertaald is met ‘opgenomen’ is het Griekse woord ‘hapazo’. Dit woord betekent ‘wegrukken’ maar een vollediger vertaling is ‘wegrukken van een dreigend gevaar’. Zoals je een kind zou wegrukken als het op straat staat terwijl er een vrachtwagen komt aandenderen.

Hem niet verwachten is een zonde
Ik besloot al heel lang geleden dat de zonde waaraan ik nooit wil schuldig zijn is zeggen “Mijn heer vertoeft te komen” Matteüs 24: 48  en gewoon door te gaan met mijn leven.  Of mezelf af te vragen: “Waar blijft hij nu? Hij had toch beloofd te komen? De generatie voor ons is al gestorven, maar alles is nog steeds zoals het sinds het begin van de schepping geweest is.” 2 Petrus 3:3 Liever breng ik mijn tijd op aarde met aktief Zijn komst te verwachten, wakend in plaats van slapend. “..u bent allen kinderen van het licht en van de dag. Wij behoren niet toe aan de nacht en de duisternis, dus laten we niet slapen, zoals anderen, maar waken en op onze hoede zijn.” 1 Tessalonicenzen 5: 5-6 Laten we opletten en elkaar bemoedigen!

Verwachten EN evangeliseren!
Soms zeggen Christenen dan vroom: ‘je kunt je beter houden aan de opdracht die de Gemeente kreeg, namelijk om te evangeliseren, dan te staren naar de lucht in afwachting van de Heer Die komen gaat.’ Zij hebben gelijk. Wij moeten de boodschap van het Evangelie brengen. Maar wat denk je; wie zal die boodschap indringender brengen: hij die getuigt, maar zelf gelooft dat er nog genoeg tijd van leven is, of hij die getuigt, wetend hoe laat het al is op Gods klok?

Willens onwetend
Daarnaast: loop je als kind van God niet het risico om ‘willens onwetend’ te zijn? De Heer Jezus verweet het de Farizeeën en Sadduceeën, die het aangezicht van de hemel niet konden onderscheiden en niet opmerkten in welke tijd zij leefden. Ik wil blij verrast zijn als de Heer Jezus komt; niet verschrikt omdat ik Zijn komst niet aan zag komen!

“Geliefde broeders en zusters, u weet van tevoren wat er gaat komen.
Wees daarom op uw hoede en laat u niet meeslepen op de dwaalwegen van wettelozen.
Laat uw standvastigheid niet varen, maar groei in de genade
en in de kennis van onze Heer en redder Jezus Christus.
Hem komt de eer toe, nu en in eeuwigheid. Amen.”

2 Petrus 3:17-18

God wil mensen zien die gestaald zijn in het verwachten en die het door dik en dun volhielden.
Die ondanks alles toch als een gespannen snaar blijven wachten op het Koninkrijk  dat komt.

Drs. Wim Rietkerk