De vrijsteden
Wat nu de steden betreft, die gij aan de Levieten geven zult, het zullen de zes vrijsteden zijn, die gij zult aanwijzen, opdat daarheen de doodslager vluchte, en daarenboven zult gij tweeënveertig steden geven.
Numeri 35 vers 6-7
Getallen worden in de Bijbel vaak als symbool gebruikt voor een bepaalde betekenis. (daarmee bedoel ik niet de zgn Bijbelcode) Het getal 42 wordt gebruikt voor Israëls verdrukking en ook voor de komst van de Heer Jezus, zowel de eerste als de tweede komst.
Getal 42
De eerste komst
Van Adam tot aan de eerste komst van Christus waren er 42 generaties. (matteus 1 vers 17)
De tweede komst
Aan het einde van de periode die ‘Jacobs benauwdheid’ wordt genoemd, zal de Heer Jezus Christus voor de tweede maal naar de aarde komen. Dit is aan het einde van de zeven jaren / het einde van de 2e helft van de zeven jaren van de grote verdrukking. Daniel 12 vers 7 Openbaring 11 vers 2 Openbaring 12 vers 14 Openbaring 13 vers 5
Het nummer 42 wordt eveneens genoemd in de passage in 2 koningen 2 vers 23-24
De spottende knapen van Betel
“En hij ging van daar op naar Beth-El. Als hij nu den weg opging, zo kwamen kleine jongens uit de stad; die bespotten hem, en zeiden tot hem: Kaalkop, ga op, kaalkop, ga op! En hij keerde zich achterom, en hij zag ze, en vloekte hen, in den Naam des HEEREN. Toen kwamen twee beren uit het woud, en verscheurden van dezelve twee en veertig kinderen. En hij ging van daar naar den berg Karmel; en van daar keerde hij weder naar Samaria”.
Vragen
- Waarom zeiden deze knapen twee keer ‘kaalkop, ga op’?
- Waarom kwamen er twee beren?
- Waarom werden tweeënveertig knapen door de berinnen verscheurd?
Omdat we hier, in dit bizarre verhaal, een heenwijzing hebben naar de Opname van de Gemeente. De jeugd riep naar Elisa (niet Elia!), die blijkbaar nog weinig haar had ‘kaalkop, ga op’. Waarom worden deze jeugdigen daarvoor zo zwaar gestraft?
[warning]
De les mag duidelijk zijn:
bespot geen kale mensen!!
[/warning]
Nee, dat is het natuurlijk niet. Wat deze jongens deden was niet zozeer Elisa bespotten om zijn kaalheid, maar zij bespotten de opname van Elia, die gebeurde vóór Elisa profeet werd. Daarom roepen ze ook “ga op!” “Ga op!” “doe dat kunstje ook eens!” Zij bespotten daarmee de Allerhoogste.
De twee berinnen die kwamen nadat Elisa de vloek uitsprak is een symbolische weergave van de twee komsten van Christus vanwege de vloek der zonde. Dat de jeugd twee maal riep verwijst naar twee terugkomsten van Christus: de eerste maal voor de opname van Zijn Gemeente (dan gaan wij ‘op’, zoals Elia gegaan was!) en de tweede maal als de Heer Jezus als de Koning der koningen terugkomt, na (de tweede!) tweeënveertig maanden waarin de antichrist de zonde vervolmaakte.
Getal 6
De zes vrijsteden
In de tijd van Jozua nam men het recht in eigen hand. Als iemand een ander doodde, dan was er een familielid van de gedode, die de moordenaar opzocht en ombracht. Als iemand achter een ander per ongeluk doodde, niet opzettelijk maar door een ongeluk, kreeg hij ook de familie achter zich aan. Om deze mensen te beschermen stelde de Here God de zes vrijplaatsen in. Eenmaal in zo’n vrijstad was hij veilig voor zijn belager en kon worden uitgezocht in hoeverre hij schuldig en aansprakelijk was zodat hij een eerlijk proces kreeg.
In het volgende geval zal de doodslager, die daarheen vlucht, in leven blijven: als hij zijn naaste zonder opzet gedood heeft, terwijl hij tevoren geen haat tegen hem koesterde. Als bijvoorbeeld iemand met zijn naaste in het bos komt, om hout te hakken, en zijn hand maakt een zwaai met de bijl om een boom te vellen, en het ijzer schiet van de steel af en treft zijn naaste, zodat deze sterft, dan kan hij naar een van die steden vluchten en in leven blijven. Anders zou de bloedwreker, terwijl zijn hart nog verhit is, bij zijn achtervolging de doodslager kunnen inhalen, omdat de weg te lang is, en hem om het leven brengen, hoewel hij niet des doods schuldig is, aangezien hij tevoren geen haat koesterde.
Deuteronomium 19 vers 4-6
Moord en doodslag
Numeri 35, Deuteronimium 19 en Jozua 20 vertellen elk over de zes vrijsteden. Het lijkt belangrijk te zijn. Er wordt gesproken over de noodzaak hem te beschermen, die bijvoorbeeld uit zelfverdediging iemand had gedood. Er is immers een verschil tussen moord en doodslag. Iemand vermoorden is iemand doden, maar iemand doden is niet altijd hetzelfde als iemand vermoorden. Als je iemand per ongeluk aanrijdt en die persoon sterft, dan heb je iemand gedood, maar niet iemand vermoord. Je deed het immers zonder opzet. Dat is geen moord.
Verkeerd vertaald
In het zesde gebod in Exodus 20 vers 13 staat in de Willibrordvertaling “Gij zult niet doden” Dat is eigenlijk geen goede vertaling, want er staat: “Gij zult niet doodslaan” oftewel ‘Pleeg geen moord’. Voorbedachte rade; moord door haat.
De vrijstad geldt niet voor de moordenaar; hij zal worden uitgeleverd aan zijn achtervolger. De vrijstad is voor degene die onopzettelijk, per ongeluk of uit zelfverdediging iemand had gedood.
Goed te bereiken
De vrijsteden lagen op 1 dag loopafstand vanaf elke plek in het land. De weg erheen moest goed onderhouden worden, zodat geen onschuldige voor moordenaar zou worden aangezien, maar een uitweg zou hebben.
Jezus Christus is de vrijstad
Wie is de beschuldigde, de Wetsovertreder? Dat zijn wij. Zoals de profeet Nathan tegen David zei: “gij zijt die man koning”. WIJ zijn degenen die de vrijstad nodig hebben! Want zoals de vrijsteden beschermden, zo is ook de weg tot de Heer Jezus wèl geplaveid. Wie zoekt zal vinden; de Here is nooit ver weg en ieder mens kan bij Hem komen. Hebreeen 6 vers 18 zegt het letterlijk: “wij, die (tot Hem de) toevlucht genomen hebben”. Buiten de vrijstad, buiten Jezus Christus zijn wij vogelvrij voor onze achtervolger, onze aanklager; de satan, die onze ziel in zijn dodenrijk wil storten. Maar wij kunnen bij de Heer Jezus Christus schuilen en we zijn dan volkomen veilig. Belangrijk is, dat de vluchteling de vrijstad niet verlaat, want dan is hij zijn bescherming kwijt. Alleen als hij IN de vrijstad blijft, is hij beschermd. Buiten staat de aanklager, de satan en hij kan schreeuwen, je bedreigen en je bang maken; maar in de stad, in Jezus Christus ben je volkomen veilig!
Blijf aan boord!
We maken even een uitstapje naar Handelingen 27 vers 30-31, als Paulus als gevangene schipbreuk lijdt. Het schip dreigt dan te vergaan en sommigen zien het niet meer zitten en trachten zich te redden door van het schip af te gaan: “Doch toen het scheepsvolk uit het schip trachtte weg te komen en de sloep te water liet onder voorwendsel dat zij van het voorschip ankers wilden uitbrengen, zeide Paulus tot de hoofdman en zijn soldaten: Indien zij niet aan boord blijven, kunt gij niet gered worden.” Blijf aan boord als je gered wilt worden! Blijf in de vrijstad als je gered wilt worden! Blijf in Christus als je gered wilt worden! In Hem is onze verlossing!
De vluchteling moest in de vrijstad blijven tot de dood van de hogepriester. De schuldige werd in eerste instantie gered door het leven van de hogepriester en in tweede instantie in vrijheid gesteld door de dood van de hogepriester.
Zijn dood brengt ons leven!
Dit geldt ook voor ons, die zijn gaan schuilen bij onze Hogepriester, Jezus Christus. Omdat onze Hogepriester voor ons stierf, is er voor degene die bij Hem schuilt verzoening van schuld. Wat een prachtig beeld zit er in deze vrijsteden!
Wiens idee?
Wie had de vrijsteden ingesteld? Was dat een idee van de Israëlieten zelf? Nee, het was God Zelf Die de vrijsteden instelde. God zorgt voor verlossing en bescherming. God zorgt voor een uitweg. Zoals ook God Zelf het Offerlam gaf wat onze zonden droeg. Door de dood van de Hogepriester zijn wij vrijgekocht!! Wat moeten wij daarvoor doen? Vluchten naar de vrijstad: de Heer Jezus!!!
Onevenredig verdeeld?
Drie vrijsteden lagen aan een kant van de Jordaan, waar de 2 stammen woonden; de andere drie vrijsteden lagen aan de andere kant, waar 9 stammen woonden. Dit lijkt niet een proportionele verdeling: 3 voor 2 en 3 voor 9. Dit komt omdat de vrijsteden aan de kant van de 2 stammen ook door de heidenen konden worden gebruikt. Gods genade is voor Jood en heiden! En die Weg is niet te lang en niet moeilijk begaanbaar: een kind kan die weg vinden!
[note]Genade voor Jood en heiden
Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft opdat een ieder die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft!
Johannes 3 vers 16[/note]
Wanneer echter iemand zijn naaste haat, hem belaagt, zich tegen hem keert en hem dodelijk treft, zodat hij sterft, en dan naar een van deze steden vlucht, dan zullen de oudsten zijner stad hem vandaar laten halen en hem aan de bloedwreker overleveren, opdat hij sterve.
Deuteronomium 19 vers 11-12
Alleen de onschuldigen
Belangrijk is om ons te realiseren dat alleen zij, die per ongeluk iemand hadden gedood in de stad bescherming konden vinden. Zij, die willens en wetens hadden gemoord, werden overgedragen aan hun bloedwreker. Wat zegt dit ons? Alleen zij, die ‘onschuldig’ worden verklaard, krijgen de bescherming. Zij, die gerechtvaardigd werden. Zij die niet schuldig werden bevonden. Een moordenaar kon niet onschuldig worden verklaard; dit zou immers weer een misdaad zijn tegenover het slachtoffer.
De genade van God is echter zó groot, dat zelfs de grootste zondaar wordt verlost van zijn schuld. Alleen God kan genadig zijn zonder onrechtvaardig te zijn. Over ons wordt uitgeroepen: ‘schuldeloos!’ ‘volkomen onschuldig!’, ‘rein van hart’! ‘wit als sneeuw!’. Zó machtig en zó liefdevol is onze God. Zó groot is het zoenoffer van Jezus Christus! Ren dan naar de vrijstad, nu het nog kan! De Weg is vrij!
Komt toch en laat ons tezamen richten, zegt de HERE; al waren uw zonden als scharlaken, zij zullen wit worden als sneeuw; al waren zij rood als karmozijn, zij zullen worden als witte wol.
Jesaja 1 vers 18
met dank aan AlohaBibleProphecy