kleurling

Toen ik werd geboren, was ik zwart
Als ik in de zon zit, blijf ik zwart
Als ik bang ben, blijf ik zwart
Als ik ziek ben: ik ben zwart
en als ik sterf, sterf ik zwart.


In tegenstelling tot jou, mijn witte vriend

Toen jij werd geboren was je roze
Opgroeiend werd je wit
Als je in de zon zit wordt je rood
Als je het erg koud hebt, wordt je blauw
Als je ziek bent, zie je er groen uit
en als je schrikt ben je spierwit
en tenslotte: als je sterft, dan wordt je grijsbleek.

Hoe kun jij mij nu een kleurling noemen?