3 engelen en de oogst

“Toen zag ik opnieuw een engel, die hoog in de lucht vloog. Hij had een eeuwig evangelie dat hij bekend moest maken aan de mensen op aarde, uit alle landen en volken, van elke stam en taal.” Openbaring 14:6.

Openbaring 14 v 7

De eerste engel

Deze engel is slechts de eerste van de drie engelen die met een boodschap van God worden uitgezonden. Op dit moment is er op de aarde geen boodschapper van het Evangelie meer over en daarom zendt God engelen. Deze eerste engel zal hoog in de lucht vliegen aan het begin van de laatste helft van de Verdrukking, wanneer “niemand werken kan.” Johannes 9:4 “Zolang het dag is, moeten we het werk doen van hem die mij gezonden heeft; straks komt de nacht en dan kan niemand iets doen.” De engelen zullen hun boodschap verkondigen “…aan de mensen op aarde, uit alle landen en volken, van elke stam en taal.” Er zijn vele verschillende talen en dialecten van de verschillende naties en volkeren op aarde. Ofwel de engelen zullen prediken in al die talen en dialecten of de mensen zullen de prediking van de engelen kunnen verstaan, zoals gebeurde bij Pinksteren, toen alle verzamelde toehoorders Petrus in hun eigen taal hoorden spreken. Zelfs goddeloze Christus verwerpers horen de waarheid van Zijn Woord!

De hele zevenjarige Verdrukking is slechts twee uur lang.

Vanuit Gods oogpunt duurt de hele zevenjarige Verdrukking slechts twee uur. De eerste helft van de Verdrukking is, zoals duidelijk verklaard door de Heer Jezus Zelf, “het uur van de verzoeking” (peirasmos) Openb. 3:10 De tweede helft van de Verdrukking (waar wij in deze studie zijn aangekomen) is “het uur van Zijn oordeel.” In Openb. 14:7 zegt deze eerste engel namelijk: “Heb ontzag voor God en breng Hem eer, want het uur van zijn oordeel is gekomen. Aanbid Hem die de hemel en de aarde en de zee en de waterbronnen gemaakt heeft!”

Oordelen van ….?

Soms zeggen Christenen dat de oordelen uit de grote verdrukking niet worden veroorzaakt door God. God brengt geen kwaad op de wereld; Hij is immers liefde? De oordelen uit de grote verdrukking zouden alleen door het optreden van de antichrist worden veroorzaakt. De Bijbel is er echter heel duidelijk over dat met name de tweede helft van de grote verdrukking de wraakgerichten van God Zelf zijn. Jazeker; de antichrist zal een gesel voor de aarde zijn, maar we lezen in Openb. 17:12 dat de tien koningen “… samen met het beest voor één uur koninklijke macht zullen krijgen”. Weer dat uur en we zien hoe het beest en zijn helpers macht krijgen. Het is God die de gevallen engelen zal loslaten uit de afgrond waarin zij bewaard werden en deze engelen zullen een plaag zijn voor de aarde. Het is God die satan een beperkte tijd geeft om zijn kwaad te doen. De Here God gebruikte in het verleden al vreemde koningen (Babylon etc) om het volk Israël te straffen en zo zal de Here God dus in dit ‘uur’ Zijn oordelen uitstorten door de duivel macht te geven. In deze tweede helft van de Verdrukking zullen Gods oordelen worden uitgestort op alle onverbeterlijke goddelozen. Je moet het niet willen om in deze tijd te leven, want deze tijd wordt in de Schrift genoemd “de grote en vreselijke dag des Heren”.

“Hoor het rumoer in de bergen, de opmars van een groot leger, hoor het tumult van de koninkrijken, de volken die zich aaneensluiten: de HEER van de hemelse machten monstert zijn troepen. Daar komen ze, uit een ver land, van de verste plaats onder de hemel: de HEER komt heel het land verwoesten met de werktuigen van zijn toorn. Weeklaag! Want de dag van de HEER is nabij, de dag van ondergang die komt van de Ontzagwekkende! Daarom trillen alle handen en verweekt ieders hart van angst. De mensen zijn door schrik bevangen. Door kramp en pijn krimpen ze ineen als een vrouw in barensnood. Radeloos staren ze elkaar aan, de vlammen slaan hun uit. De dag van de HEER breekt aan, meedogenloos, grimmig, in brandende toorn. Het land zal in een woestenij veranderen, de zondaars die er wonen verdelgt hij. De sterren aan de hemel geven geen licht meer, sterrenbeelden doven uit, de zon is verduisterd als ze opkomt, het licht van de maan is verdwenen. Dan laat ik de wereld boeten voor haar slechtheid, de goddelozen voor hun verdorvenheid. Ik breek de trots van hoogmoedigen, hooghartige tirannen verneder ik. Ik maak mensen schaarser dan goud, stervelingen zeldzamer dan zuiver goud uit Ofir.” Jesaja 13: 4-12

Waarschuwing

Veel te vaak zien mensen de Here God als een lieve oude man met witte baard, zonder zich te beseffen dat Hij een heilig God is en dat het vreselijk is, om te vallen in de handen van de levende God, zoals Hebr. 10:31 het zegt. Elke dag laat de Here God nog de zon opgaan over rechtvaardigen en onrechtvaardigen, maar er komt een einde aan Zijn geduld en als de mens Gods genade in Christus blijft afwijzen en blijft in het ongeloof en de goddeloze opstand tegen God dan komt het moment van Gods wraak.

De tweede engel

“Hij (de eerste engel) werd gevolgd door een tweede engel, die uitriep: ‘Gevallen, gevallen is Babylon, die grote stad, die door haar ontucht alle volken de wijn van haar wellust heeft laten drinken.’ Openb. 14:8

Johannes ziet een tweede engel die in de hemel boven de aarde het oordeel uitspreekt over Babylon. Aangezien het historische Babylon niet langer bestaat zijn er meerdere theorieën geweest wat hier bedoeld kan worden. Toen op 11 september 2001 de beide torens van het World Trade centre in New York vielen zeiden velen dat hiermee openb. 14 vers 8 vervuld was. Ook de Rooms Katholieke kerk wordt wel aangeduid met Babylon vanwege haar vervolging van Christenen en afgodische praktijken. Het is echter misschien meer voor de hand liggend dat Babylon de hoofdstad van het eindtijdrijk zal zijn, van waaruit de antichrist zal regeren. Saddam Hoessein is jaren geleden begonnen met de herbouw van de historische stad; mogelijk maakt een ander het af.

De derde engel

“Nog een engel, een derde, volgde hen, en riep met luide stem: ‘Iedereen die het beest en zijn beeld aanbidt en het merkteken op zijn voorhoofd of zijn hand laat aanbrengen, die zal de wijn drinken van Gods toorn, onverdund geschonken in de beker van zijn toorn; hij zal gepijnigd worden met vuur en zwavel, ten aanschouwen van de heilige engelen en van het lam. De rook van hun pijniging stijgt op tot in alle eeuwigheid. Overdag noch ’s nachts is er rust voor hen die het beest en zijn beeld aanbidden en voor ieder die het merkteken van zijn naam aanneemt. Nu komt het aan op de volharding van de heiligen, van hen die de geboden van God en het geloof in Jezus trouw bewaren. Ik hoorde een stem uit de hemel die zei: ‘Schrijf op: Gelukkig de doden die in de Heer sterven, van nu af aan.’ ‘Ja waarlijk,’ zegt de Geest, ‘laat hen uitrusten van hun zwoegen, want hun daden vergezellen hen.’ Openbaring 14:9-13

Johannes ziet hoe een derde engel die de mensheid waarschuwt tegen het aanbidden van “het beest en zijn beeld” en het merkteken op voorhoofd of hand. De waarschuwing is duidelijk: elke man of vrouw die het beest en zijn beeld aanbidt en daardoor het merkteken ontvangt zal voor eeuwig verloren zijn. Denk niet dat vervolgde gelovigen tijdens de Verdrukking verontschuldigd zullen worden als zij in grote angst het merkteken van het beest ontvangen slechts om vervolging en dood te voorkomen. Gods Woord is ook hierin duidelijk: van de gelovigen in die tijd wordt standvastigheid tot de dood gevergd. “Maar wie standhoudt tot het einde, zal worden gered”. Matth. 24:13 “Hier komt het aan op de standvastigheid van de heiligen, die zich houden aan Gods geboden en aan de trouw van Jezus.” Openb. 14:12 De verdorven mensheid zal het leven op aarde afschuwelijk angstig maken en het wordt zelfs praktisch onverdragelijk voor hen die zich in die tijd wenden tot Christus. Omdat ze vanuit de Schrift weten dat er slechts drie en een half jaren van de grote Verdrukking te verduren zal zijn, kunnen zij uitzien naar het einde en daardoor volharden tot het einde. “Toen het lam het vijfde zegel verbrak, zag ik aan de voet van het altaar de zielen van al degenen die geslacht waren omdat ze over God hadden gesproken en vanwege hun getuigenis. Ze riepen luid: ‘O heilige en betrouwbare Heer, wanneer zult u de mensen die op aarde leven eindelijk straffen en ons bloed op hen wreken?’ Ieder van hen kreeg witte kleren. Verder werd hun gezegd nog een korte tijd geduld te hebben, totdat ook de andere dienaren, hun broeders en zusters die net als zij zouden worden gedood, zich bij hen gevoegd zouden hebben.” Openb. 6:9-11

De Oogster

“Toen zag ik dit: een witte wolk, en daarop zat iemand die eruitzag als een mens. Hij had een gouden krans op zijn hoofd en een scherpe sikkel in zijn hand.” Openb. 14:14

De laatste helft van de grote verdrukking is letterlijk “de oogst van de goddelozen.” We kunnen hierover lezen in de volgende verzen en in de hoofdstukken 15 tot en met 19. In Johannes 14:14 wordt de Heer Jezus getoond op een witte wolk, met op zijn hoofd een gouden kroon en in Zijn hand een scherpe sikkel. De sikkel is het werktuig van de oogst. Een andere engel roept de Heer toe: “Laat uw sikkel komen om te oogsten. Want de tijd om te oogsten is gekomen; de aarde is meer dan rijp voor de oogst.” Openb. 14:15 In dit geval geen oogst van mensen die gered zijn, maar van hen, die tot het einde toe opstandig en goddeloos bleven. De mens van vandaag denkt dat ze de Naam van de Schepper kunnen misbruiken en dat ze de Verlosser kunnen bespotten zonder ooit enige consequenties hiervoor te betalen. Hoe onwetend zijn ze omdat ze het nooit wilden weten!

De oogst

Het antwoord van de Heer aan de kreet van deze engel is opgenomen in openb. 14:16: “Toen wierp degene die op de wolk zat zijn sikkel op de aarde, en de aarde werd geoogst.” Net zoals bij de zondvloed wordt nu de aarde gereinigd van het kwaad en sterven de goddelozen massaal. De Heer Jezus zei: “En zoals het eraan toeging in de dagen van Noach, zo zal het ook zijn in de dagen van de Mensenzoon: ze aten, ze dronken, ze huwden, ze werden uitgehuwelijkt, tot aan de dag waarop Noach de ark binnenging en de vloed kwam die iedereen verzwolg.” Lukas 17:26-27.

De Oogst van de Wijnstok

“Uit de tempel kwam een andere engel, die hem die op de wolk zat met luide stem toeriep: ‘Laat uw sikkel komen om te oogsten. Want de tijd om te oogsten is gekomen; de aarde is meer dan rijp voor de oogst.’ Toen wierp degene die op de wolk zat zijn sikkel op de aarde, en de aarde werd geoogst. Er kwam een andere engel uit de hemelse tempel, die ook zo’n scherpe sikkel had. Bij het altaar vandaan kwam weer een andere engel, degene die zeggenschap heeft over het vuur. Hij riep de engel met de scherpe sikkel luid toe: ‘Laat je scherpe sikkel komen om de druiven te oogsten in de wijngaard op de aarde, want de druiven zijn rijp.’ Toen wierp de engel zijn sikkel op de aarde, en hij oogstte de druiven in de wijngaard op de aarde en gooide ze in de grote perskuip van Gods woede. De wijnpers werd buiten de stad getreden. Er kwam een grote stroom bloed uit, zestienhonderd stadie lang en zo hoog als het bit bij een paard.” Openb. 14:15-20

Als de “wijngaard van de aarde” wordt geoogst, wordt het “geworpen in de grote wijnpers van Gods woede”. Het resultaat is dat er bloed kwam uit de wijnpers, zelfs tot de hoogte van paardenhoofdstellen. Dit geeft opnieuw een indicatie van de oordelen tijdens ‘het uur van Zijn oordeel’. We zien de wereld toesnellen naar de vernietiging. Laten wij werken zolang het dag is. Getuig door je houding en je woorden en bidt dat de Heer jou wil gebruiken om nog enkelen weg te rukken voor de verzoeking en het oordeel losbreekt!