Ik kwam eens bij iemand, die een pluche speelgoedkat had. Die lag op een stoel en leek te slapen en hij was niet van echt te onderscheiden. Hij werkte op batterijen: zijn buikje golfde op en neer als bij een rustige ademhaling en als je op een bepaald plekje aaide begon ie te spinnen. Op een andere plaats drukken, betekende dat er een miauwgeluid uit kwam, en ook z’n koppie kon bewegen. Ongelofelijk knap gemaakt; het was net een echte kat!
Toen ik ’s avonds in mijn stoel zat, kwam onze kater aanwandelen en sprong op schoot. Ik weet wat hij dan wil: in mijn linkerarm liggen. Zodra hij ligt krult hij zich behaaglijk op in de holte van mijn arm en hij ligt dan heerlijk te spinnen. Het gekke is, dat als hij op mijn stoel ligt als ik er aan kom en ik hem oppak, hij niet in mijn arm wil liggen. Hij wil alleen als hij wil en niet als ik wil. Het is en blijft een kat tenslotte. Dat is het verschil met een hond: een hond wil graag zijn baasje plezieren, maar een kat doet wat hij wil. En eigenlijk vind ik dat heel leuk. Onze kater ligt in mijn arm (of ’s nachts tussen mijn benen) omdat hij graag bij mij wil zijn.
Er is een groot verschil tussen die pluchen kat en onze kat. Ze zien er beide echt uit en liggen lekker te knorren, maar toch maakt onze kat me blijer dan die pluchen namaakkat. Onze kater komt bij me omdat hij dat zelf wil.
Het is soms zo moeilijk, om te begrijpen waarom het voor God zo belangrijk was om aan ons een eigen wil te geven. Als alles goed gaat in je leven dan gaat het wel. Maar als je nou een hele foute beslissing neemt? Als je volhardt in een zonde? Waarom grijpt God dan niet even in?
God wil geen robot. Niet een perfect mens die doet wat Hij wil als God op een knopje drukt. Een mens die lijkt te leven, maar in werkelijkheid voorgeprogrammeerd is. God wil een mens, die naar Hem toekomt. Uit vrije wil. Een mens, die van God wil houden. God ziet er zo naar uit; Hij vindt het vreselijk als de mens Hem afwijst. Maar Hij is blij met die ene mens die God zoekt. En door genade mogen wij (door het offer van de Heer Jezus Christus) ook naar God toekomen.
met dank aan Marieke van Tongeren